Familie fruitboom

De familie fruitboom is een prachtig stukje ent-techniek. Op één enkele onderstam groeien 5 verschillende rassen. Deze rassen zijn zo gekozen dat ze elkaar bestuiven (of zelfbestuivend zijn). Op deze manier komen altijd van alle aanwezige rassen vruchten aan de familie fruitboom. Er is een appel-, peren- en een pruimenboom als familieboom in het assortiment. Daarnaast is er nog een TRIO-appelboom met 3 rassen appels aan één boom. 

Familie fruitboom snoeien en verzorgen

Snoeien van fruitbomen is altijd een belangrijk onderdeel voor het behoud van de vorm van de boom en de daarbij horende vruchtdracht. Bij de familie fruitboom is dit nog belangrijker. Niet alle vijf de rassen groeien even snel. Hierdoor bestaat de kans dat een van de langzamer groeiende rassen overwoekerd wordt door de sneller groeiende. Daarom is het van belang om elk jaar de kroon van de familie fruitboom zo te snoeien dat er een enigszins gelijkmatige vorm overblijft. Op deze manier krijgen ook de langzamer groeiende rassen de kans om zich goed te ontwikkelen en voldoende rijpe vruchten af te leveren. Het tijdstip van snoeien hangt af van de fruitsoort. De Appel- en de Perenboom worden in de wintermaanden gesnoeid; de Pruimenboom wordt in de zomermaanden gesnoeid. Een jaarlijkse gift aan organische mestkorrels (dit kan Culterra of Koemestkorrel zijn) houdt de familie fruitboom gezond. Dit verkleint de kans op het krijgen van ziektes aanzienlijk. 

Familie fruitboom aanplanten

De familie fruitboom is een traaggroeiende fruitboom. Er is dus minder ruimte nodig om een familie fruitboom zich goed te kunnen laten ontwikkelen. Dit betekent dat ook in een kleinere tuin een familie fruitboom prima een plek kan krijgen. Doordat er 5 (of 3 bij de TRIO-appelboom) rassen op één enkele boom zijn geënt, kan er in elke tuin verschillende soorten fruit geoogst worden! Belangrijk is wel om een zonnige standplaats te kiezen. De zon zorgt voor het rijp worden van de vruchten. Hoe meer zon, hoe beter de vruchten zullen rijpen. Maak een royaal groot en diep plantgat, zodat de kluit voldoende losse grond om zich heen heeft. Hierdoor kunnen de wortels makkelijk groeien en kan eventueel teveel aan water tijdens natte periodes makkelijk de grond in trekken. Gebruik eventueel aanplantgrond. Dit zorgt voor een goede structuur van de grond en geeft de wortels een goede start.